Home
 
Cursussen /rubriek/
streepjes

Leren > Cursus > Professionele vaardigheden > Werkconferentie > Kennismaking

Werkvormen met het accent op kennismaken

Werkconferentie

Kinderliedjes

Deze aanpak is vooral geschikt om grote groepen (meer dan vijftig man) in een aantal kleinere groepen in te delen. Bij binnenkomst geef je iedereen een gesloten envelop met daarin een kaartje met de titel van een bekend kinderliedje. Als je de groep in tien kleinere groepen wilt verdelen, doe je tien verschillende kaartjes. Je vraagt alle deelnemers hun liedje te zingen en al zingend te zoeken naar hun groepsleden met hetzelfde liedje. Wat levert het op? Hilariteit en een ontspannen start van de bijeenkomst.

Ballen

Wat je nodig hebt: een zachte schuimrubberen bal uit de babywinkel. Er mag een belletje in zitten. Zet met elkaar de tafels en stoelen aan de kant en ga in een kring staan. Is dat te bedreigend, blijf dan lekker achter je tafel zitten maar zorg wel dat de kopjes van tafel zijn. Je maakt een rondje waarin ieder zijn naam noemt. Vervolgens geef je de bal aan een van de deelnemers. Hij gooit de bal naar iemand aan de overkant waarbij hij de naam noemt van degene naar wie hij de bal gooit. Je mag de bal niet langer dan een tel in je handen houden. Doe dit twee à drie minuten. Worden de mensen met een moeilijke naam overgeslagen? Spelen bekenden elkaar de bal toe? Vraag dan om juist de onbekenden de bal toe te gooien. En heb je de bal vergeten? Een flinke prop papier kan ook.

Na hooguit 5 minuten kent men elkaars naam. Overigens moet dit spel ook niet langer dan vijf minuten duren. Niet geschikt voor gezelschappen waar de hiërarchie belangrijk is.

Naamkaarten verwisselen

Bij binnenkomst geef je de deelnemers een naamkaartje waarop je de naam al hebt geschreven. Probeer iedereen een verkeerde kaart te geven. Vraag de deelnemers de kaart met hun eigen naam te bemachtigen en op alfabetische volgorde (achternaam) te gaan zitten. Maak op de tafels duidelijk waar de A zit. De aanpak zorgt ervoor dat men elkaar aanspreekt en dat men elkaars naam kent.

Elevatorpitch

Vraag deelnemers bij aanvang een elevatorpitch te schrijven. Wie ben je, wat kun jij bijdragen aan het succes van deze bijeenkomst? Voor de voorbereiding hepen ze vijf minuten. Voor de uitvoering een minuut. Hou dat met een stopwatch bij. De stopwatch wordt bediend door de gene die naast de spreker zit. Wie dus eerst de stopwatch heeft, heeft daarna het woord.

Wat levert het op? Een flitsende start waarin iedereen onmiddellijk bij de les is. Geschikt voor groepen die niet groter zijn dan ongeveer tien personen. Eventueel kun je bij een grotere groep in twee subgroepen werken.

Iets van thuis

Vooral geschikt voor groepen die langere tijd moeten samenwerken. Vraag deelnemers iets van thuis mee te nemen om aan de hand daarvan zich voor te stellen. Ook hier kan een tijdslimiet slim zijn. Een minuut kan soms wat kort zijn. Als de groepsgrootte het toelaat is drie minuten aardiger omdat juist het feit dat mensen iets van thuis mee moeten nemen, de verhalen vaak wat persoonlijker maken.

Door deze aanpak leren deelnemers elkaar snel wat beter kennen, ook over hun privé-situatie. Omdat het verhaal verteld wordt aan de hand van iets tastbaars, onthoud je het wat beter.

Wat voor dier ben je?

Maak net zoveel kaarten als er deelnemers zijn. Schrijf op ieder van die kaarten een andere dierennaam. Leg de kaarten op een tafel in het midden en vraag iedere deelnemer een kaart uit te kiezen en iets te vertellen over zichzelf aan de hand van dat dier. Als de groep wat groot is, kun je dat in kleine groepjes doen. Deze aanpak is een relatief veilige, snelle manier om elkaar wat beter te leren kennen.

Ansichtkaarten

Verzamel erg veel zo verschillend mogelijk ansichtkaarten. Leg ze op tafel en vraag deelnemers een kaart uit te zoeken aan de hand waarvan ze iets over hun zelf kunnen vertellen. Ook dit is een relatief veilige en snelle manier om elkaar wat beter te leren kennen.

Marktplaats

Dit is een levendige opening van een bijeenkomst. Je geeft alle deelnemers een kaart met vijf of zes ja/nee-vragen over allerlei onderwerpen die henzelf betreffen. 'Houdt u van spaghetti?' of 'Woont u in de stad?'. Maar ook vragen over het werk: 'Vindt u deze reorganisatie zinvol?'  of 'heeft u gisteren een klant gesproken?'. Zorg voor een bijzondere mix. Zorg er ook voor dat bijzondere dingen bevraagd worden. Als er iemand in de groep is die van diepzeeduiken houdt kun je dat opnemen. Pas als je zes maal een 'ja' hebt kunnen aankruisen ben je klaar. Je roept 'bingo' en kunt aan de kant gaan zitten.

Wat levert het op? Deze vorm zorgt voor veel heen en weer geloop, zeker als de groep wat groter is. Er zit een kleine competitie-element in waardoor het vaak vlot verloopt. Je ontdekt heel onverwachte kwaliteiten van mensen.

Volgende pagina: Werkvormen met het accent op samenwerken


Bron: www.leren.nl/cursus/professionele-vaardigheden/werkconferentie/kennismaken.html

Copyright © 1999-2024 Applinet
Alle rechten voorbehouden
Colofon